Rondom het grasveld stonden bloemen, struiken, een tuinkas en een moestuin. Ik ben geboren in 1960 en opgegroeid in Noord in een ondernemersgezin. We woonden in een poortwoning aan de Purmerweg boven Juwelier Akkermans, toen nog de zaak van mijn ouders. We hadden geen tuin, maar een dakterras. Daar moesten we altijd rustig op lopen, want anders hoorde je het beneden in de zaak. Gelukkig kregen wij toen, net zoals onze opa en oma, een tuinhuisje in volkstuincomplex Kweeklust. Daar liggen mijn fijnste en dierbaarste jeugdherinneringen. Wat was het heerlijk om in de weekenden en in de zomervakantie naar dat huisje (wat opa zelf had gebouwd) te gaan. Je was daar de hele dag heerlijk buiten aan het spelen en er werd veel georganiseerd door het verenigingsbestuur.
Alle bewoners van Kweeklust woonden in Noord en zorgden dat het complex er keurig bij lag. Je kreeg allemaal een taak in die werkzaamheden, het z.g. ‘algemene werk’, en eens per maand ging er weer een groep volgens het werkrooster aan de slag dat zorgde voor een mooie saamhorigheid. Wij, de kinderen, vonden de jaarlijkse bloemencorso altijd een belevenis. Waar je met eigen gekweekte bloemen versierd in een optocht liep door de paden. Hoogtepunt aan het eind van de zomer was toch echt de ‘lichtjesavond’. Daarvoor spaarde iedereen het hele jaar lege (boter)bakjes op die dan gevuld met waxinelichtjes voor een sprookjesachtige sfeer zorgden in alle tuinen en huisjes. Mijn zus en ik krijgen nog tranen in ons ogen als we aan die avond terugdenken. Ik mocht in onze tuin van kleins af aan de moestuin bijhouden en zo leerde ik o.a. hoe spruitjes en bietjes groeiden en wat was het spannend als je de vele aardappels uit de grond spitte. Ik koester deze herinneringen en weet zeker dat voor vele families in Noord een volkstuin een heel belangrijk en gekoesterd bezit was. En nu nog steeds is.