In de voetsporen van Wim Timp
Begin jaren zeventig werd het boekje Amsterdam-Noord in oude ansichten gepubliceerd, samengesteld en van bijschriften voorzien door Wim Timp. Het was toen het enige boekje over Noord dat met veel foto’s iets van de geschiedenis van Noord liet zien en erover vertelde. Iedereen die geïnteresseerd was in de geschiedenis van Noord kocht dat boekje toen. Wim Timp kreeg van zijn uitgever per foto slechts ruimte voor zo’n 75 woorden.
Dat moest uitgebreider kunnen, vond Margreet Visser. In zijn voetspoor begon ze bij oude familie- en dorpsfoto’s bijschriften te maken zodat volgende generaties nog zouden weten wanneer die foto’s waren gemaakt, waar het was en wie mensen waren die erop te zien zijn. Al doende merkte ze dat de beschreven foto’s pas werkelijk hun betekenis behielden als je die in de bredere context van de familiegeschiedenis plaatste. Eigenlijk had je daarbij ook de geschiedenis van hun omgeving nodig. Zo ontstonden vier boeken over deelonderwerpen uit de geschiedenis van Buiksloot. Als je het weet, vind je daarin stukjes geschiedenis terug van de familie van Margreet en die van haar vriendin Trudi Gorter.
Een foto van boerderij De Ham
Pieter van Vliet (1844-1902), de overgrootvader van Margreet, werkte vanaf 1888 als landarbeider op boerderij Den Ham, de herenboerderij in de Buiksloterham. Op een foto uit het begin van de 20e eeuw die in de familie Visser bewaard wordt, staat Pieter, leunend op een schop, in een groep arbeiders voor de grote zaadschuur op het erf achter de boerderij.
Voor haar familiegeschiedenis wilde Margreet weten of er nog meer foto’s en verhalen over de boerderij te vinden waren. Daarom bezocht ze al begin jaren negentig J.J. Reinders Folmer, een zoon van Herman Christiaan Reinders Folmer, pachter van de boerderij en rentmeester over de grond in de Buiksloterham. Het verhaal dat ze toen hoorde, werkte ze uit en ze liet het door de verteller autoriseren. Ze plaatste daar foto’s van de familie Folmer en de boerderij bij en schetsen van de situatie zoals die toen was. De familiefoto had een bredere context gekregen, daar ging het Margreet aanvankelijk om.
De geschiedenis van de Buiksloterham tot 1921
Het verhaal over boerderij De Ham bleef twintig jaar ongepubliceerd. Er ontbrak nog iets aan: de context van de geschiedenis van de Buiksloterham. Margreet startte daarom omstreeks 2010 een breed opgezet onderzoek dat uitmondde in de driedelige Geschiedenis van de Buiksloterham tot 1921, waarvan ze het laatste deel nog net voor haar overlijden in 2016 wist te voltooien. De drie boeken beschrijven de vroegste geschiedenis van Waterland, de Volewijck, Buiksloot en de Buiksloterham. In de opzet ervan vind je nog sporen van Wim Timp: op alle linkerpagina’s zijn foto’s en afbeeldingen geplaatst, met bijschriften. Ze illustreren wat er op de rechterpagina’s uitgebreider wordt verteld. De ruim 700 bladzijden van De geschiedenis van de Buiksloterham vormen een uit de hand gelopen bijschrift bij aanvankelijk één familiefoto.
Margreet: “Ik heb geprobeerd de vroege geschiedenis van de Buiksloterhampolder te achterhalen en die aan de hand van kaarten, documenten, tekeningen en foto’s na te vertellen. Ik kon daarbij ook gebruik maken van herinneringen van mensen die nog een stukje van die geschiedenis zelf hebben meegemaakt. Tastbare herinneringen aan de oorspronkelijke Buiksloterhampolder zijn in het stedelijke landschap van nu nog wel hier en daar aanwezig, maar voor de bewoners en bezoekers moeilijk herkenbaar. De oorspronkelijke bebouwing uit de negentiende en het begin van de twintigste eeuw is geheel verdwenen en bij de planning en de naamgeving van de nieuwe bebouwing is men bijna geheel vergeten herinneringen op te nemen aan de polder zoals die in de negentiende en het begin van de twintigste eeuw ontstond. Ook herinneringen aan de pioniers die de droogmaking realiseerden en de polder ontgonnen lijken te zijn vergeten. Alleen de straatnaam Laanweg herinnert nog aan de lange weg waarlangs de eerste boerderijen en arbeiderswoningen stonden en waarlangs midden in de polder door ondernemende Amsterdammers een modern stukje straat werd gebouwd. Het was de eerste straat in Amsterdam met elektrische verlichting in de huizen en langs de weg.”
De nog-lijn
Het was de passie van Margreet Visser met haar boeken de nog-lijn te verleggen en de herinnering aan mensen, plekken en gebeurtenissen levend te houden. Kees Fens schreef op 19-12-1994 in De Volkskrant een stuk, waarin hij het begrip Nog-lijn introduceert. Iets aangepast: “‘Nog’ is de laatste lijn met het verleden. ‘Ik heb haar nog gekend’ is er de meest traditionele uiting van. Zij leeft nog. Zolang ik en nog enkele anderen nog leven. De ‘zij’ staat op de rand van een tweede dood en mogelijk vergetelheid. Zij is haar tijdgenoten al bijna kwijt. Vreemdelingen zullen haar later uit de verte van het verleden moeten terughalen: biografen en geschiedschrijvers.”
———————————-
(Bij de foto: Margreet Visser in 2015 in de Tolhuistuin. Iedere plek die in haar boeken genoemd wordt, werd zo mogelijk door haar bezocht en in het heden bekeken. Haar familie stamt van vaderszijde uit Buiksloot en de Buiksloterham en van moederszijde uit Zunderdorp, Ransdorp en Durgerdam. Margreet groeide op in de Vogelbuurt en woonde tot haar 22e op de Adelaarsweg.)